ACV

3.5.3. Scheidsrechterlijk beding

Werknemer en werkgever mogen zich niet vooraf verbinden geschillen die uit de overeenkomst kunnen ontstaan, aan scheidsrechters voor te leggen. [599] Het is trouwens ook uitdrukkelijk verboden dergelijke bedingen op te nemen in het arbeidsreglement of in een cao. [600] De bedoeling van dit verbod is de volle bevoegdheid van de arbeidsgerechten te waarborgen.

Het verbod slaat alleen op de scheidsrechterlijke bedingen die worden gesloten voordat het geschil is ontstaan. Nadat het geschil ontstond, kunnen de partijen wel degelijk overeenkomen om de bestaande betwisting aan een scheidsrechter voor te leggen. Het verbod van een scheidsrechterlijk beding geldt ook voor de betaalde sportbeoefenaars en hun werkgevers. [601]

Er is één uitzondering op het verbod. Een scheidsrechterlijk beding bij voorbaat is wel toegelaten voor een bediende die een jaarloon heeft dat hoger is dan 86.212 euro (loongrens geldig voor 2025), en die daarenboven met het dagelijks beheer van de onderneming is belast of in een afdeling of bedrijfseenheid van de onderneming beheersverantwoordelijkheid heeft die kan worden vergeleken met die voor de gehele onderneming. [602] Indien de arbitrage geoorloofd is, dienen de regels van het Gerechtelijk Wetboek over de arbitrage te worden gerespecteerd. [603]

Laatst aangepast op: 28-04-2025

    Arbh. Bergen 20 februari 1987, AR nr. 87/219, onuitg.