ACV

7.4.1. Algemeen

Wanneer de arbeidsovereenkomst op onregelmatige wijze wordt beëindigd, dan is de verbrekingsvergoeding integraal verschuldigd vanaf het ogenblik van de beëindiging van de arbeidsovereenkomst. [812] Wanneer een einde wordt gesteld aan de arbeidsovereenkomst met een te korte opzegtermijn, heeft de wederpartij vanaf de kennisgeving van die opzegging recht op een aanvullende opzegvergoeding, die ook meteen eisbaar is vanaf dat moment. [813]

Vanaf het ogenblik dat de verbrekingsvergoeding opeisbaar is, zijn er van rechtswege interesten verschuldigd. [814] De interesten zijn verschuldigd op het brutobedrag van de verbrekingsvergoeding. [815]

Gaat de onregelmatige beëindiging uit van de werknemer, dan gelden grosso modo dezelfde regels. Aangezien de verbrekingsvergoeding dan geen loon betreft, zullen er echter geen wettelijke interesten op verschuldigd zijn. Wel zullen er verwijlinteresten beginnen lopen vanaf de ingebrekestelling (en gerechtelijke interesten vanaf de datum van dagvaarding). [816]

Laatst aangepast op: 28-04-2025

    Arbrb. Antwerpen 20 april 2009, RW 2009-2010, 1234.